NIEUWSBERICHT

Freestyle Libre: op weg naar meer vrijheid of ook naar betere regeling?

19 november 2014

'Dokter, moet mijn zoon ook niet zo'n meter waar je zo langs-'swiped', vroeg deze week een moeder van een van mijn patiënten tijdens het spreekuur. 'Niet meer prikken lijkt me heerlijk....' Tja, dat kan ik niet ontkennen. Spuiten (of bolussen), glucoseprikken en alles regelen is soms een hele dagtaak. Deze moeder doelde op de Libre glucosemeter van Abbott, die met veel publiciteit het diabetesland is ingeschoten. 'Je kunt 'm al kopen, maar hij wordt niet vergoed', vertelde moeder me. 'maar ik kon al op een bijeenkomst een bonnetje invullen voor een proefpakket'. 'Werkt 'ie  goed, dokter, want dan kopen we er misschien wel een om te proberen'.

De Libre is een belangrijke ontwikkeling die laat zien dat de technieken voor de diabetesbehandeling snel gaan veranderen. Maar er zijn nog belangrijke punten om te overwegen en op te lossen voordat we allemaal echt 'libre' (vrij) zijn. Daar wordt aan gewerkt door Diabeter. Lees in onderstaande artikel hoe dat zit. 

Meten is weten

Goede diabetesregeling vereist het meten van veel glucosewaardes, maar ook veel handelen. Insuline aanpassen, dosis berekenen, extra eten, sport anders indelen, enzovoort.  Een goede regeling is niet alleen noodzakelijk om de kans op diabetescomplicaties te verminderen, maar is vooral ook bij kinderen, van groot belang voor hun dagelijks functioneren: hoge en schommelende waardes geven gedrags- en concentratieproblemen. Dus een goede regeling voorkomt heel veel! Daarom werken we bij Diabeter onder meer aan onderzoek naar nieuwe technieken en methoden voor de insulinepomp, de glucosesensor en de communicatie tussen die twee plus die tussen patiënt en behandelteam.

Spuiten en prikken…. en CGM

Dat glucosemeten gaat tot nu toe meestal per vingerprik en elke meting is MET een naald, wat pijn, stress en vaak discussies in een gezin geeft. Naast de vingerprik bestaat ook de continue glucosemeter. Deze sensor meet continue de glucosewaarde in het onderhuidse vet en is uitgerust om aan een insulinepomp te worden gekoppeld. Op deze manier komen adviezen, alarmen en waarschuwingen beschikbaar om het tij te keren voordat een glucosewaarde te hoog of te laag wordt. Mensen die deze nu nog beste intensieve behandeling goed toepassen krijgen een betere glucoseregeling, met minder schommelingen, minder hypo's en een beter A1c . CGM zal de komende jaren verder ontwikkeld worden en koppeling met slimme pompen en -regelsystemen is in de komende drie jaar te verwachten.

Veel meten… kan dat niet makkelijker?

Een goede regeling bereik je, zeker bij kinderen, eigenlijk gemiddeld genomen alleen door tenminste zeven keer per dag te meten en zeven keer per dag 'bij te sturen' (insuline bijspuiten /-bolussen, voedingsaanpassingen, sport/activiteit aanpassingen, etc). Alleen dan bereik je een gemiddelde regeling die acceptabel en veilig is (HbA1c < 7,5% bij kinderen; 58 mmol/mol, <7% bij volwassenen (53 mmol/mol). 

Vaak meten dus… Een simpeler of prettiger methode voor glucosemeting is daarom zeker wenselijk. In die zin lijkt de Libre een oplossing. Maar we hebben nog een aantal vragen en punten die opgelost moeten worden:

  • De Libre is nu geregistreerd voor 18 jaar en ouder. Nog niet bekend is wanneer toepassing bij kinderen wordt aangevraagd bij de autoriteiten.
  • De Libre wordt nog niet vergoed door de zorgverzekeraars. 
  • Een belangrijke basis voor vergoeding is dat de methode goed en veilig is en zich bewezen heeft. Los van publicaties van de fabrikant zelf is daar nog niet veel over bekend. Bedenk dat een onjuiste glucosemeter ook een onjuist doseringsadvies oplevert en hoe kleiner je bent, hoe zwaarder dat telt.
  • De Libre kent geen alarmfunctie. Alle metingen worden wel opgeslagen zoals bij een CGM, maar alleen als je 'swiped' krijg je de waarde van dat moment te zien en je krijgt geen alarmering. Je ziet daardoor vooral je gegevens achteraf je waardes en trends. Het lijkt dus in die zin op een Tomtom die je na aankomst op je bestemming vertelt hoe de route was die je gereden hebt, maar die niet waarschuwt als je de fout dreigt in gaan. 
  • Natuurlijk kun je op allerlei momenten 'even swipen' en ook kun je van gegevens achteraf ook veel leren. Wij willen dat ook graag: trendwatchen van je glucosewaardes. Dan zijn aanpassingen in je behandeling veel beter te maken. Alleen: achteraf pas zien dat je drie nachten laag hebt gezeten helpt je niet verder Dan is er ook direct een aanpassing nodig. Je moet dan wel een team, begeleiding of adviessysteem hebben dat dit vrijwel direct kan en niet dagen later. 
  • Bij Diabeter is dat geregeld met onze 'Ther@piemail (u ontvangt na uploaden van insuline- en glucosegegevens direct een advies-email met behandeladviezen, doses en andere zorginformatie), de telefonische spreekuren en de 24/7 bereikbaarheid van het Diabeter-team.
  • Naast kijken ook handelen: Bedenk dat de grote hoeveelheid gegevens die de Libre geeft veel inzichten geeft die je tot dan toe niet had. En dan geldt de Johan Cruijff wijsheid: 'Als je kijkt kun je een hoop zien….' Maar let op, die hoeveelheid informatie kan je laten schrikken: schommelt m'n waarde zo sterk? Zit ik daar steeds laag, geeft deze maaltijd zo'n lange piek!? etc. Eigenlijk niet iets om van te schrikken, maar een uitdaging waarmee je behandelteam je kan helpen om de regeling te verbeteren. Maar dat vereist naast kijken ook handelen. Dat moet je willen en kunnen. Diabeter is daar met onze ervaring en ICT-systemen overigens klaar voor!
  • De Libre communiceert niet met insulinepompen. Voor een optimaal gebruik van de pomp en de boluscalculator gebruik je de insulinepomp en een daaraan gekoppelde glucosemeter. Bij gebruik van de Libre moet je de glucosewaardes met de hand invoeren. Dit geeft kans op fouten bij het baststellen van het bolusadvies en is dus niet veilig genoeg.  

De volgende stap

Meer gemak kan dus zeker helpen. Maar dat gemak moet ook helpen om de regeling te verbeteren. Daartoe moet de Libre met uw zorgdossier bij Diabeter gaan communiceren. Abbott is nu bezig om zo'n koppeling mogelijk te maken tussen de 'Libre' en Diabeter. Als dat klaar is willen we een aantal 'Libres' testen bij onze patiënten, samen met bestaande technieken (meters, CGM-sensor) om met name ervaring op te doen en bij kinderen en jongeren en gegevens te verkrijgen die kunnen worden gepubliceerd en gedeeld.

Conclusie Diabeter

Al met al vinden wij het nu nog te vroeg om een positief advies te geven over het gebruik van de Libre. Wij zullen zo spoedig mogelijk meer gegevens willen vast leggen over de nauwkeurigheid