Sport en diabetes - Diabeter
Sport, bewegen en diabetes
Sporten en bewegen is om veel redenen heel goed voor je (ook als je geen diabetes hebt ;-) . Toch kent sporten en diabetes wat uitdagingen, ook daarover lees je hier meer. Maar eerst iets over de voordelen van sporten / meer lichaamsbeweging als je type 1 diabetes hebt:
- Je wordt gevoeliger voor insuline. Dat wil zeggen dat je minder insuline nodig hebt en de glucoseregeling makkelijker wordt. Dat geeft minder schommelingen in je bloedsuikers en het heeft een gunstig effect op je gewicht.
- Een kleinere kans op het ontwikkelen van hart- en vaatziekten.
- Een gunstig effect op je HbA1C en Time in Range.
Sporten heeft ook effecten die je goed in de gaten moet houden. Zo wordt bij sporten door spieractiviteit de doorbloeding van het onderhuidse vetweefsel verbeterd. Daardoor wordt de insuline sneller opgenomen. Dat betekent dat je moet leren aanpassen. Het diabetesteam van Diabeter kan je adviseren.
Diabetes en sport uitgelegd in een filmpje van het Klokhuis:
Wat doet extra lichaamsbeweging met je glucoseregeling?
Het lichaam gebruikt meer energie bij sporten en lichaamsbeweging, zoals fietsen, lopen en winkelen. Daarvoor is extra glucose nodig in de spiercellen. Die glucose komt rechtstreeks uit de bloedbaan in de spiercel. Er is hiervoor geen insuline nodig om de glucose de spiercel in te krijgen. Zodra je sport, worden je vaten opengezet om de warmte kwijt te kunnen, dus je doorbloeding gaat omhoog. Insuline die zich bevindt in het onderhuidse vetweefsel (subcutaan) wordt door een verbeterde doorbloeding sneller opgenomen. De insuline komt hierdoor veel sneller op de plaatsen waar het zijn werk kan doen: sneller en effectiever.
Als er onvoldoende glucose beschikbaar kan bloedglucosewaarde te laag worden, dan spreek je van een hypoglykemie. Heb je te weinig insuline aan boord tijdens het sporten, dan stijgt je glucosewaarde. Je spreekt dan van een hyperglycemie. Straks hierover meer.
Sporten met diabetes is maatwerk
Zoals je misschien zelf al hebt gemerkt, verschilt het van dag op dag en qua soorten sport hoe je uitkomt met je glucosewaarde. Dit is best lastig om daar een goede manier van instellen te vinden. Zo blijkt dat soort sport, de duur en hoe jij als mens in elkaar zit bepalend is hoe je glucose wordt verwerkt. Ook dus hoe je met je glucosewaarden uitkomt. Doe je zo je best om het te doen zoals afgesproken, en dan heb je toch die hypo of kom je toch te hoog uit. De aanpassingen die nodig zijn bij sport zijn niet alleen verschillend qua persoon, maar ook qua type sport en beweging, de duur van de activiteit en welk insulinepomp / insulinepen / FGM / CGM je gebruikt.
Wat is handig om te weten als je gaat sporten of bijv. lekker gaat winkelen?
- Je kunt niet de al aanwezige insuline 'wegtoveren'. Als je diabetes hebt, reageert je lichaam ook niet zo goed op een lagere glucosewaarde via ‘tegenhormonen’ (adrenaline, glucagon, glucocorticoïden). Kortom, je hebt altijd 'insuline aan boord' op een niveau dat hinderlijk kan zijn bij sport en activiteit. Je hebt een grotere kans op een hypo.
- Duurt een sport meer dan twee uur en heb je de insulinepomp tijdens je sporten af gedaan, dan zie je de glucosewaarde ook wel eens stijgen. Dit verwacht je juist niet, maar de reden is dat na twee uur de insuline die in je lichaam nog aanwezig was op is. Immers je kortwerkende insuline werkt 2-3 uur. Is de pomp langer gestopt, is de insuline op die nodig is om je glucose in de cellen te brengen. Gevolg is dat je waarde stijgt in plaats van daalt.
- Regelmatige glucosemeting voor, tijdens en na de lichamelijke activiteit geeft je de controle: als je weet hoe je zit kun je daar naar handelen of voor de volgende keer het anders doen bijvoorbeeld.
- Kennis over de type sport en wat het doet met je glucose helpt je om inzicht te krijgen waarom en hoe je glucose verandert.
Soorten sport en de invloed op je glucosewaardes
De aard van de sport heeft invloed op het verloop van je glucosewaarden: anaerobe sporten hebben een andere uitwerking dan aerobe sporten. Bij aerobe sporten train je een lange tijd met een betrekkelijk lage intensiteit. Het gaat hierbij bijv. om hardlopen, fietsen, zwemmen en schaatsen. Bij anaerobe sporten train je een korte tijd met een hoge intensiteit. Voorbeelden hiervan zijn sprinten en krachttraining.
Als je iemand bent die wielrent of bijv. schaatst (de zogenaamde duursporten), zie je bij het linkerplaatje dat je glucose gemakkelijk daalt. Doe je aan bijv. voetbal, dan kan je glucosewaarde zowel dalen als stijgen: bijv. bij een conditietraining zal je waarde snel dalen, maar bij een meer technische training zie je vaak je waarde gemakkelijker stijgen. Dit is te zien in het middelste plaatje. Het rechter plaatje laat zien dat als je een sport doet waarbij je gedurende korte periodes heel veel spieren gebruikt, zoals bij krachtsport, de waarde juist kan stijgen.
Bovenstaande afbeelding laat hetzelfde zien, maar dan op een andere manier: langdurig sporten zorgt voor het opraken van je glucosevoorraad, waardoor er meer kans is op lagere glucosewaardes.
Een hypo voorkomen tijdens en na het sporten
Je kent het misschien wel: na het sporten zakt je bloedglucose nog een tijdje. Dat komt doordat de glucosevoorraad uit spieren en lever tijdens het sporten gebruikt wordt en je lichaam die voorraad eerst weer moet aanvullen. Het is mogelijk dat je nog tot lang na het sporten, zelfs tot de volgende dag, een lage bloedglucose hebt. Belangrijk is om regelmatig na het sporten, bijvoorbeeld na één uur en na twee à drie uur, de bloedglucose te controleren en zo nodig extra te eten. De insulinehoeveelheid zal ook aangepast moeten worden. Immers, je hebt minder insuline nodig dan normaal om hetzelfde resultaat te bereiken doordat je insulinegevoeligheid toeneemt.
Waarmee kun je je glucosewaarde bijsturen?
Als je dit schema doorneemt, geeft dit je een houvast hoe je zelf actief een aantal zaken kunt bijsturen:
Een aantal Diabeter tips & tricks:
- Verminderen van insuline voor, tijdens en na lichamelijke activiteit: Als je een insulinepomp gebruikt kun je de basale insuline aanpassen. Overleg met je behandelteam om een advies op maat te krijgen.
- Vooraf meten. Je glucosewaarde voor het sporten is belangrijk. Zit je te hoog (bijv. boven de 20 mmol/l, dan heb je mogeljik tekort aan insuline en zal het sporten hierdoor niet succesvol zijn. Je spieren verzuren gemakkelijker doordat ze niet genoeg glucose binnenkrijgen en de opbouw van spiermassa blijft uit, terwijl je daar juist zo hard voor werkt. Oftewel: dit sportmoment zal geen verbetering van je conditie geven of niet leiden tot meer spiermassa. Zit je te laag voor het sporten (lager dan 3,9 mmol/l) dan heb je te veel insuline aan boord voordat je gaat sporten. Nu kun je niet zo maar gaan sporten!. De insuline die in je lichaam aanwezig is,is niet zo maar verdwenen. Wel kun je de werking van insuline compenseren met de inname van snelle koolhydraten (druivensuiker) en voor de uren erna wat langwerkende koolhydraten (boterhammen bijv.). Overleg met je behandelteam over een advies op maat en / of raadpleeg je Therapiemail.
- Zorg dat je coach (en je teamgenoten) weten dat je diabetes type 1 hebt. Hen vertellen over je diabetes helpt niet aleen jou, maar ook je coach in het jou optimaal presteren. Maar het belangrijkste misschien wel: je kweekt er begrip mee.
Topsport en diabetes: ja het kan!
Als je dit allemaal gelezen hebt en bedenkt wat je er allemaal voor moet doen om je glucosewaarde binnen de marges te houden, zakt misschien de moed in je schoenen. Maar er zijn veel mensen met diabetes die sporten, zelfs topsport behoort tot de mogelijkheden. Een aantal inspirerende verhalen:
Valerie Magis, tophockeyster: “Ik wil een voorbeeld zijn voor mensen met diabetes die ook de top willen bereiken.”
Meer lezen / gerelateerd:
- Roken en type 1 diabetes; een slechte combinatie
- Eline Beijleveld (14, diabetes Mody 5 sinds haar 7e), Ned. kampioen trampolinespringen
- Sporters met diabetes leiden 'digital health'-innovatie - Sport Knowhow XL
- Diabetes zelfmanagement: sport - Bas van de Goor Foundation